Dagboek van de Opperrabbijn van 14 september 2025

Beste dagboekeniers,

We zijn net thuis van ‘mijn feestje’ in de sjoel va Arnhem. Ik ben redelijk moe en daarom, met uw goedvinden, spijbel ik dit dagboek door gewoon mijn toespraak als dagboek te gebruiken. En dus nu:

Dagboek 14 september 2025

Vijftig jarig ambtsjubileum, vijftig jaar heel veel mooie momenten en ook vijftig jaar minder gezellige confrontaties, vijftig jaar rabbijn.

Maar wat is een rabbijn? Net nadat ik vijftig jaar geleden in Amersfoort mijn functie had aanvaard, heeft een goede vriend mij op het hart gedrukt: Binyomin, maak je borst maar nat, want een rabbijn die ze niet willen ontslaan, is geen echte rabbijn. En een rabbijn die zich laat ontslaan is een sukkel. En hoewel mijn gevoel van eigenwaarde niet bepaald erg groot is, moet ik toegeven dat ik ondertussen wel tot de conclusie ben gekomen dat ik, ondanks verwoede pogingen, geen sukkel ben. Vandaar nu dit jubileum.

Maar het is natuurlijk niet alleen mijn jubileum, het is van ons, van Blouma en mij samen. Nu is het gebruikelijk bij dit soort jubilea dat de man zijn vrouw uitgebreid publiekelijk bedankt maar ik wil hiermee wachten tot ons 75-jarig jubileum, het is nu nog wat te vroeg, maar vandaag wil ik wel onze verhouding toelichten.

Dat we heel veel samendoen en samen aanwezig zijn, is voor ieder die ons kent zichtbaar en hoef ik dan ook niet te vermelden. Maar hoe we samen zijn, zal voor de meesten onbekend zijn en die unieke samenwerking wil ik hier met een voorbeeld illustreren. Lees verder “Dagboek van de Opperrabbijn van 14 september 2025”

Dagboek van de Opperrabbijn 10 sept. 2025

De Alter Rebbe, de stichter van het Chabad Chassidisme, de stroming binnen het Jodendom waartoe ik mezelf reken, was de vaste wekelijkse Baäl Koree, de persoon die uit de Thora voorleest. Toen hij op de sjabbat dat parsha tawo (Deuteronomium 27) werd gelezen, zoals aanstaande sjabbat, niet in Lyozna was, hoorde zijn zoon, toen nog geen bar mitswa, de Thora-lezing dus van een ander. Zijn angst voor de vervloekingen (vermanende passages) bezorgde hem zoveel verdriet dat de Alter Rebbe op Jom Kippoer twijfelde of zijn zoon wel zou kunnen vasten. Toen het jongetje werd gevraagd: “Hoor je deze parsha, deze vervloekingen, dan niet elk jaar?”, antwoordde hij: “als mijn vader dit voorleest, hoor ik geen vervloekingen.”  Met andere woorden: zelfs in het meest dramatische is het soms mogelijk iets positiefs te zien.

Toevallig kwam bovenstaande gedachte mij onder ogen net nadat ik met een tragedie werd geconfronteerd. Een dramatisch overlijden van een jonge vrouw van nog geen veertig jaar, geheel onverwacht. En dagelijks staan onze kranten vol met moorden, ongelukken en morgen mag ik weer mijn jaarlijkse toespraak houden tijdens de herdenking van de Twentse Razzia (13-14 september 1941) in de synagoge van Enschede. In de synagoge en niet, zoals gebruikelijk, vóór de mooiste sjoel van Nederland, waar het razzia-monument staat. De reden: de plechtigheid ter nagedachtenis aan de razzia waarbij jonge Joodse mannen werden opgepakt en vermoord, “ligt politiek gevoelig vanwege Gaza!?” Lees verder “Dagboek van de Opperrabbijn 10 sept. 2025”

Dagboek van de Opperrabbijn 7 sept. 2025

Donderdag hebben we acht uur gevaren, van Harwich naar Hoek van Holland. Vanwege de bar-mitswa van onze kleinzoon waren we namelijk in Londen. Een geweldig feest en ook fantastisch om even weg te zijn. Maar ja, wat betekent vandaag de dag ‘even weg’ als de e-mails en whatsapps gewoon doorgaan en maar weinigen weten dat je ‘even weg’ bent! Omdat het op de boot nogal rustig was, had de ober in de lounge weinig te doen en dus benaderde hij mij voor een praatje. Hij is veertig jaar, heeft twee dochtertjes, een van zeven en een van negen jaar. Als hij op zee zit zorgt zijn echtgenote voor de kinderen. So far so good. Niets bijzonders. Maar: de beste man komt uit de Filipijnen, werkt zes maanden achter elkaar, heeft dan twee maanden vrij om met zijn vrouw en kinderen te kunnen zijn, en dan weer zes maanden op zee. Af en toe, gedurende die zes maanden, gaat hij voor een paar uurtjes aan land! Zijn betaling is ver onder de Europese maat, maar voor hem is het in verhouding tot de Filipijnen een hoge salariëring. Al bijna twaalf jaar is hij zo in dienst. Hij is tevreden met zijn baan, maar wellicht waren in de tijden van de slavernij er ook slaven die dankbaar hun lot aanvaardden. Het ver-weg-slaven-verleden kwam voor mij met die ontmoeting erg dichtbij! Wat zijn wij Nederlanders dan rijk!

Ver-weg was het ook vandaag, zondag. En ik bedoel dan met ver-weg het aantal gespendeerde uren en het aantal afgelegde kilometers. Eerst van mijn huis naar de 350-jarige Snoge in Amsterdam, daarna van het Mr. Visserplein naar de sjoel van Maastricht en vervolgens weer terug naar huis. Antal gespendeerde uren: elf uur en dertig minuten.  Aantal afgelegde kilometers: 428. Omdat ik werd gereden waren de uren en kilometers niet verkwist, maar welbesteed.

Overigens voelden we ons bevoorrecht dat we uitgenodigd waren om de bijzondere bijeenkomst in de jarige Snoge, in aanwezigheid van Zijne Majesteit de Koning, bij te wonen. Zo geweldig goed georganiseerd, een fantastisch programma, op elkaar afgestemde inhoudsvolle toespraken, prachtige en toepasselijke muziek, in één woord: fantastisch! Voeg daar nog aan toe de buitengewoon vriendelijke wijze waarop we werden verwelkomd door een vertegenwoordiging van het bestuur, het historische verhaal van Prof. Dr. Bart Wallet en de enorme catering na afloop… en zo werd het voor ons een onvergetelijk historisch festijn.

En toen, na afloop van het Mr. Visserplein, op naar de sjoel van Maastricht. Lees verder “Dagboek van de Opperrabbijn 7 sept. 2025”

Dagboek van de Opperrabbijn 31 augustus 2025

“O Nederland let op uw saeck”

 “Soms bekruipt mij het gevoel dat de geschiedenis van de jaren ’30 zich gaat herhalen en vraag ik me af of het klopt dat ik in 2025 leef”, liet een van mijn trouwe lezers mij weten en hij voegde daaraan toe dat een oude dichter (Valerius) ruim 400 jaar geleden schreef: “O Nederland let op uw saeck”. Hoewel ik dit een beetje te pessimistisch vind klinken, want uiteindelijk mag in ons kikkerlandje ieder zichzelf blijven en heerst er vrijheid van godsdienst, toch hoor ik om me heen steeds vaker de zorgelijke vraag hoelang die vrijheid van godsdienst, jezelf mogen zijn, een vanzelfsprekendheid zal blijven en vind ik de woorden van Valerius “O Nederland let op uw saeck” helaas meer dan actueel.

De bemoedigende reacties die de Joodse gemeenschap bereiken zijn talrijk en vanaf dit dagboek wil ik alle schrijvers laten weten dat die woorden van steun bij ons, Joodse Nederlanders, landen en veel betekenen in deze toch moeizame tijden. Maar pas op, want het is niet uitsluitend een donkere tijd voor de Joden en voor Israël, maar de anarchie die steeds zichtbaarder in ons Nederland begint te (over)heersen, raakt de totale populatie. Wij Joden zijn slechts de bekende en vaak geciteerde kanarie in de kolenmijn! Lees verder “Dagboek van de Opperrabbijn 31 augustus 2025”